Op 18 maart vond het tweejaarlijkse Wandelen voor Water weer plaats op de UT en de WOT was hierbij natuurlijk aanwezig.
Met zes man sterk hebben we geprobeerd om bewustwording over de watervoorziening in ontwikkelingslanden te creëren.
Lees hieronder hoe Jacolien het heeft ervaren:
Als je aan water denkt, denk ik aan van alles. Zwemmen in zee, mijn dopper, een lekkere
douche, een bruisend spaatje op een terras, of gewoon een kraan die maar blijft druppen. Als
anderen hier ver vandaan aan water denken, denken ze aan lopen over de heuvels of door het
warme zand, je jerrycan op je hoofd of om je schouders, geld verdienen en een bucketdouche.
Water zoals wij het kennen is niet voor iedereen een knop omdraaien blauw of rood. Daarom
vond ik het heel mooi dat kinderen hier in Nederland met hun flessen in de rugzak een beetje
meekregen van deze onzelfsprekendheid.
Gezellig lopen met je klasgenoten en nog wat geld binnenharken, ja wat kan je daar als kind nou op tegen hebben. En dan na de finish staan daar nog een stel studenten en aanverwanten met een windmolen, wat tonnen water en een paar touwpompen. Daar kan je heel hard aan draaien. Zo hard dat je schoenen vollopen. Daarna ga je er natuurlijk goed voor staan om heerlijk te worden natgespoten met een knikkerpomp. Een waterfestijn en dat bij een frisse 8 graden.Ik heb die middag vooral geleerd dat kinderen en water een zeer goede combi is, bijvoorbeeld voor als je nog is moet oppassen op je neefje of
nichtje. Misschien krijg je wat boze blikken van de echte volwassenen maar he, het is was voor het goede doel. Waterputten in Nepal. €33000,-. Daar kan je nog eens een putje voor slaan.